Bijen Bouwen

Door steeds meer over bijen te weten te komen, bouwen wij zelf een steeds gecompliceerdere voorstelling in ons denken op van een imme oftewel een bijenvolk als één wezen. Deze keer wilde ik de aandacht vestigen op de imme als een dier dat eigenlijk binnenstebuiten zit. De imme bouwt van buiten wat mensen en dieren van binnen opbouwen.

Van de minerale wereld kunnen we zeggen dat de krachten die in het mineraal heersen hier op aarde onderzocht kunnen worden. Dit soort onderzoek sluit aan bij de materialistische wetenschappelijke methoden.

Van een plant weten we dat deze een fysiek lichaam heeft samen met een etherlichaam. Dat wil zeggen dat een plant uit levende materie bestaat. Om het leven te onderzoeken kunnen we niet op aarde blijven. Rudolf Steiner heeft aangegeven dat de oorzaken voor het leven in de kosmos te vinden zijn. Via sterrenbeelden en planeten stromen de levenskrachten naar de aarde.

Dieren bezitten naast levende materie ook een zgn. astraallichaam. Daarmee zijn ze in staat om waar te nemen en om hun lichaam los van de aarde te bewegen. In een astraallichaam is ook de blauwdruk te vinden van een levend wezen zelf. Dat geldt ook voor bijen. Het merkwaardige is alleen, dat het chitine pantser van bijen aan de buitenkant zit, zoals bij alle insecten, terwijl bij de meeste dieren het beenderstelsel aan de binnenkant zit.

De bijen maken het geheel nog wat merkwaardiger, doordat ze van was een raat maken.

Zij bouwen de raat werkelijk zo op, als dieren hun beenderstel van binnen opbouwen. De was wordt uitgezweet en door bouwbijen overgenomen. Deze kauwen op de was en brengen deze zo aan dat zeskantige cellen samen een raat vormen. Deze raat hangt altijd precies verticaal. De cellen zijn allemaal even groot, zolang tenminste dezelfde soort cellen wordt gebouwd. Werkstercellen zijn iets kleiner dan darrencellen.

De werkstercellen zitten in het midden van een broednest, terwijl de darrencellen meer aan de buitenkant zitten. Meestal helemaal aan de buitenkant van het broednest worden dan tenslotte de koninginnedoppen gemaakt. Deze zijn rond van vorm en worden met hun opening naar beneden gebouwd. Het lijkt me een opgave om een koninginnelarve te zijn. Tijdens het groeien en eten blijkt zo’n larve in staat te zijn om niet naar beneden te vallen. Ook het voedersap waarin zij groot wordt druipt niet naar beneden. Persoonlijk heb ik al problemen om een boterham met vloeibare honing op te eten, zonder te lekken.

In ieder geval zien we de bijen bouwen aan hun botten van was, waarin dan de nieuwe bijen zich ontwikkelen. Dat lijkt dus heel erg op hoe de rode bloedlichaamjes zich in onze botten ontwikkelen. Een bot binnenstebuiten zou je kunnen zeggen.

Jan Saal